Leestijd:

0

minuten

De toekomst van coaching en therapie

Is er in de toekomst van coaching en therapie nog plek voor een olifant?

De toekomst van coaching en therapie, hoe ziet die er uit? Er lijkt zich een tweedeling voor te doen in begeleidings­land. Enerzijds zien we een rationa­lisering die gepaard gaat met certifi­cering, accredi­tatie van opleidingen, verzakelijking en proto­collen. Hier roepen mensen vooral ‘Ik wil wel doen wat werkt!’ Anderzijds is er een intuïtieve stroming met meer aandacht voor de mens, relaties, het vrije karakter van begeleiding en meer exotische visies. Dit kent een zachter karakter en hier roepen mensen vooral ‘Ik wil wel begeleiden met een ziel!’ Wat betekent deze tegen­stelling? Sluiten beide benaderingen elkaar uit? Wat gaat dit betekenen voor de toekomst van begeleiding?

Ik ontvang graag de brochure

De gevaren van de rationele benadering van begeleiden

Aan de rationele kant zien we een traditie die is gevormd uit de Griekse filosofie, die aan de basis staat van het weten­schappelijke denken in het Westen. De rede of ratio heeft ons vrij­gemaakt en onderscheidt ons van de dieren. Kennis en technologie zijn de verworven­heden van die rationele manier van leven. Beheersing van de ratio leidt tot beheersing van onze wereld.

Onder invloed van deze verlichte vorm van denken worden zaken in onze samen­leving vast­gelegd, gemeten, gecontroleerd en geformali­seerd. De kwaliteit van een begeleider en een opleiding zijn dan objectief vast te leggen en te beheersen. Net als bijvoorbeeld kwaliteits­behandelingen in de zorg, of klant­gerichtheid in het zakenleven.

Het gevaar hiervan is vervreemding. Er wordt dan voorbij gegaan aan de mens. De mens wordt een middel en niet meer een doel in zichzelf. Dat kan je merken, voelen zelfs. Een bejaardenverzorger zet een timer aan als hij een bewoner gaat wassen. Een hulp­verlener stelt een diagnose aan jouw antwoorden op zijn vragen, maar voert geen gesprek van mens tot mens en vertelt je vervolgens welke stappen je moet door­lopen om weer aan het werk te kunnen.

Een ander, gerelateerd gevaar van deze benadering is uitholling en uitputting. Dat je de omgeving kan beheersen, ontginnen en her­structureren wil nog niet zeggen dat je dat moet doen. Voor je het weet zijn de zeeën leeg­gevist en vervuild en is ons geld niets meer waard. Er zijn grenzen aan de maak­baarheid. Niet alleen omdat we te ver kunnen gaan, maar ook omdat blijkt dat we niet alles in de hand hebben.

De gevaren van de intuïtieve benadering van begeleiden

Aan de andere, zachte, kant is er de meer intuïtieve benadering, waar gevoel en niet-weten­schappelijke visies de ruimte krijgen. Hier kan je je meestal niet baseren op weten­schappelijke studies. Het voelt gewoon goed en dat het werkt baseer je op je eigen ervaring. Alternatieve benaderingen, New Age en Oosterse filosofieën, zoals Boeddhisme en Taoïsme, vind je hier ook terug.

De manier van denken lijkt anders te zijn dan van de rationele kant. Een mooi voorbeeld is dat bij Indianen juist niet ratio als intelligent wordt beschouwd, maar respect. Geen ultieme maak­baarheid dus, maar leren meebewegen.

Het gevaar van deze manier van denken is een gebrek aan controle en verander­vermogen. Daarvoor zijn twee oorzaken aan te wijzen. Ten eerste kunnen mensen een vorm van gelatenheid ontwikkelen. Dit is herken­baar in veel Oosterse culturen, waar meer nadruk wordt gelegd op het aan­vaarden van het lot.

Als tweede oorzaak van een gebrek aan controle en verander­vermogen is een gebrek aan kennis en kunde aan te wijzen. Als je überhaupt geen syste­matische observatie doet naar de gevolgen van jouw handelen, dan zal je van veel zaken nooit leren wat wel en wat niet werkt. Zo kan je eeuwen blijven geloven in methoden die niet werken.

{{toekomst-1="/attributes"}}

Integrale begeleiding; Aristoteles ontmoet Boeddha, op een olifant

De benaderingen gaan niet alleen over hoe in het leven te staan, maar ook over hoe we onszelf zien. Enerzijds zijn wij rationele wezens en anderzijds zijn wij intuïtieve wezens. Beide beelden kloppen, alleen zijn ze afzonderlijk niet volledig. De benaderingen groeien naar elkaar toe, nu ze elkaars waarheden en gevaren gaan inzien.

Er ontstaat een gedeelde visie van de gelaagde, complexe en dynamische mens. De mens is een complex systeem van samen­werkende delen, waaronder een bewust en een onbewust deel. We hebben het hier niet over het onbewuste van Freud, maar een meer intuïtief en automatisch opererend groot deel van onszelf, tegen­over ons denkende, rationele deel (Kahneman, 2011). In wetenschappelijke kringen is er meer en meer zicht op en erkenning voor dit onbe­wuste en komen er meer theorieën waarin de mens bestaat uit verschillende systemen (Epstein, 2003).

Volgens deze gedeelde visie kan je de mens het best beschrijven volgens de metafoor van een berijder en een olifant die samen op pad gaan. De berijder is het rationele, bewuste en gecontro­leerde deel van onszelf. De olifant is het intuïtieve, onbewuste en automatische deel van onszelf (Haidt, 2006). Ze moeten goed zelfstandig kunnen functio­neren en goed samen­werken om efficiënt en prettig vooruit te komen op het pad.

Concreet betekent samenwerking tussen de berijder en de olifant dat ze een zekere rust en stabiliteit hebben, dat ze van ervaringen en elkaar leren en dat ze weten wat ze aan de ander kunnen overlaten. Ieder deel heeft namelijk zo zijn eigen talenten. De olifant bijvoorbeeld, kan veel eerder dan de berijder door­hebben dat bepaald gedrag vaker tot verlies leidt dan tot winst. De olifant wordt dan onrustig als hij een bepaalde kant op wordt gestuurd. De berijder vangt dit onderbuik­gevoel op en is in staat om systematisch te toetsen of het klopt (Damasio, 2005).

{{button-2="/attributes"}}

{{toekomst-2="/attributes"}}

De essentie van begeleiding; Een eindje opgaan met de ander

Meer en meer wordt duidelijk dat effectieve begeleiding hem zit in de relatie die de begeleider aan gaat met de cliënt en in wie de begeleider zelf als mens is (De Haan, 2008). Begeleiden is dan er voor de ander zijn, warmte en aandacht geven, samen moeilijke momenten doorstaan. Kortom, jezelf als instru­ment inzetten voor de begeleiding van de ander.

Je gaat een eindje op met de ander, waardoor hij of zij een funda­menteel vertrouwen ontwikkelt. Als de cliënt wil dat zijn berijder en olifant goed als team kunnen functioneren, dan zullen ze voldoende rust en vertrouwen moeten hebben. Dat gaat dieper dan de uitspraak ‘ik heb veel zelf­vertrouwen’. Het is meer een affectieve basis die in de diepere hersen­delen ligt ingebakken. Een van de belangrijkste functies van begeleiding is deze basis te bieden en te ontwikkelen bij de cliënt.

Dit proces is mooi te illustreren met hoe een rat en haar jongen samen­leven. Door de verzorging en eigen­schappen van de moeder­rat worden vele, met name affectieve en stofwisselings­processen, in goede banen geleid. Zoals hartslag, zuurstof­verbruik en niveau’s van cortico­steroïden en adrenaline (stress­hormonen) en van oxytocine (hechtings­hormoon). Elke eigen­schap of gedraging van de moeder­rat beïnvloedt een of meerdere specifieke processen in het rattenjong (Hofer, 1987). Zo worden stress­hormonen beïnvloed door lichamelijk contact en melk. De lichamelijke activiteit van het ratten­jong wordt beïnvloed door de warmte van de moeder.

Wanneer de moederrat weg wordt gehaald verliezen al deze processen hun balans en schieten ze alle kanten op (Goldberg et al, 1995). De ratten­baby vertoont paniekerig gedrag en als de afwezig­heid van de moeder aanhoudt gaat het over in een toestand van wanhoop. Als de moederrat weer terug is brengt ze met haar eigen­schappen en gedragingen alle processen weer in balans. Op deze wijze verkeren moeder en baby in een soort dans. Ze reageren op elkaar en de baby ontwikkelt emotionele stabiliteit. De baby is dan veilig gehecht en is in staat gezond gedrag te vertonen en later zelf jongen groot te brengen.

Mensen, niet alleen kinderen, maar ook volwassenen, hebben ook deze stabiliteit nodig. Al in de veertiger jaren van de vorige eeuw toonde Spitz al aan dat in zieken­huizen baby’s zonder aandacht en warmte een zeer grote kans hadden op overlijden (Lewis et al, 2001). Als zo’n baby de kinder­jaren overleeft krijgt hij of zij later meer ziekten en gedrags­problemen (Ainsworth, 1978). Stabiele ouders, leer­krachten, vrienden, partners, managers, et cetera, bieden de aandacht en warmte voor een mens om te groeien en functioneren.

Zo ook begeleiders. Dit doen ze simpelweg door een eindje met de ander op te gaan, daarin een warme relatie aan te gaan en vertrouwen uit te stralen. De toege­voegde waarde wordt geleverd op het niveau van behoeften, affect, diepere intuïties en gedrags­patronen. Terwijl de berijders elkaar bezig houden met interessante wisse­wasjes, analyses en voor­nemens, leggen de olifanten van de coach en de cliënt een stevig fundament. Het inhoudelijke gesprek verwordt tot een decor voor de veranderingen die op andere, diepere niveaus plaatsvindt.

{{button-1="/attributes"}}

{{toekomst-3="/attributes"}}

Kwaliteiten van een coach of therapeut; Comfortabel zijn in niet-weten

Leren is een spannende situatie, die je veilig mag maken. Je wordt uitgedaagd om je comfort zone te verlaten en daarbij kan je vaak een steuntje gebruiken. Als coach bied je ook die steun en fundamenteel vertrouwen. Dit vraagt van de begeleider het vermogen comfortabel te zijn in niet-weten.

De afgelopen decennia is duidelijk geworden dat kennis en creativiteit belangrijke kwaliteiten zijn om in moderne tijden te overleven. In essentie is creativiteit het uitstellen van je oordeel, om voorbij oude patronen te komen. Eventjes niet-weten. Nu leven we steeds meer in een post-moderne tijd en volstaat creativiteit niet meer. Alles is complexer en dynamischer en er zijn geen zekerheden meer. Er wordt iets nieuws gevraagd, dat verder gaat dan creativiteit en kennis.

We moeten voortdurend in staat zijn om in te spelen op wat er gebeurt. Onze ratio, de berijder, is daar niet voldoende toe in staat, in z’n eentje. Er komt meer aandacht voor visies die zeggen dat je niet eventjes, maar heel vaak en heel lang niet kan weten. Die visies zeggen dat de intuïtieve olifant een grotere rol moet spelen. Er wordt gesproken, zoals in Theory U, van het vermogen tot presentie, aandachtig zijn en een negatief vermogen.

Over het negatieve vermogen schreef de dichter John Keats:
The world around us is far more complex than we can possibly imagine. With our limited senses and consciousness, we only glimpse a small portion of reality. Furthermore, everything in the universe is in a constant flux. Simple words and thoughts cannot capture this flux or complexity. The only solution for an enlightened person is to let the mind absorb itself in what it experiences, without having to form a judgment on what it all means. The mind must be able to feel doubt and uncertainty for as long as possible. As it remains in this state and probes deeply into the mysteries of the universe, ideas will come that are more dimensional and real than if we had jumped to conclusions and formed judgments early on. (Greene, 2012)

In de toekomst van coaching en therapie zal dit vermogen nog meer centraal komen te staan. Begeleiders dienen zich deze kunst eigen te maken. Dit betekent wederom leren zichzelf als instrument inzetten. Zodat begeleiders ondanks hun niet-weten een funda­menteel vertrouwen uitstralen. Dit brengt bij de cliënt rust en stabiliteit. Dan leert de cliënt meer te vertrouwen op zichzelf en de toekomst, om zo ruimte te bieden voor groei.

{{button-2="/attributes"}}

{{toekomst-5="/attributes"}}

Contemplatie in coaching en therapie; Samen­werken door los te laten

Er wordt in coaching en therapie naast het vertrouwen van de berijder en olifant ook gewerkt aan hoe ze samen­werken. Problemen van cliënten komen vaak doordat ze niet in staat zijn om zichzelf te managen. Ze zijn met zichzelf in strijd en blijven, mede door die innerlijke strijd, in negatieve patronen hangen.

Concreet kan bijvoorbeeld een cliënt erg veel negatieve gedachten hebben over zichzelf. De berijder bestraft voortdurend zichzelf en de olifant. Vaak kunnen mensen daar moeilijk mee stoppen. Ook slechte gewoonten, verslavingen en het niet kunnen beheersen van emoties als agressie zijn moeilijk af te leren. Hier zie je dat de olifant de overhand krijgt en de berijder er bij staat te kijken, of wegkijkt.

Tot nu toe zijn deze problemen voornamelijk met methoden uit de cognitieve gedrags­therapie redelijk effectief aangepakt. Deze vorm van therapie komt regel­recht voort uit de rationele traditie van de Griekse filosofie. Door de ratio te beheersen kunnen we onze omgeving beheersen. Dus als je je gevoel wilt veranderen, of je gedrag wilt veranderen, moet je eerst anders gaan denken. Zo eenvoudig werkt het niet.

De rationele benadering toepassen op jezelf kan juist averechts werken. Denk maar eens niet aan een witte beer… Ook het onderdrukken of negeren van gevoelens kan averechts werken. Cognitieve gedrags­therapie werkt hierdoor niet altijd en niet voor iedereen. De oplossing komt dan van de intuïtieve benadering, zoals mindful­ness, of aandachts­training. Met benaderingen zoals mindful­ness leert de cliënt gedachten en alles waar ze voor staan los te laten. Om zo de vrijheid en ruimte te scheppen voor het veranderen van denken en doen.

De huidige ontwikkeling is dat er steeds meer bewijs voor deze contem­platieve methoden komt; positieve effecten op de structuur van de hersenen (Hölzela et al., 2011), vermindering van chronische pijn en het verhelpen van angst, spanning en depressie (Hofman et al., 2010; Grosmana et al., 2004). Deze methoden worden ook steeds meer geïntegreerd met bestaande methoden. Hieruit zijn bijvoorbeeld Mindfulness Based Cognitive Behavioral Therapy en Acceptance and Commitment Therapy (ACT) ontstaan. De berijder en de olifant leren hierin samen te werken door los te laten. Dit is veel­belovend voor de toekomst van coaching en therapie.

{{button-1="/attributes"}}

{{toekomst-5="/attributes"}}

De toekomst van coaching en therapie: In liminal space

We bevinden ons in een spannende tijd. Er is heel veel kennis en we weten nog zo weinig. Alles is in constante flux en we worden door de vrijheid op onszelf terug geworpen. Dit tegen de achtergrond van crises en hypes. Er komt zoveel op ons af dat het ons duizelt en we verwachten dat er nieuwe helderheid gaat komen. Zo’n tijd­gewricht heet ‘Liminal Space: een overgangs­toestand naar een volgende fase.

De contouren van de coach en therapeut van de toekomst lijken duidelijk te worden. Diversiteit zal blijven bestaan. Toch zal er meer integratie plaats­vinden. Wetenschap heeft hierin een belangrijke rol, maar zal tegelijkertijd wijsheid aanwijzen als een van de pijlers van een goede begeleider. Begeleiden is en blijft een kunst waarbij je jezelf als instrument inzet. Om de berijder en de olifant verder op pad te helpen.

{{sign-off-toekomst="/attributes"}}

ZIN.nu | Eenjarige post-hbo opleiding Integrale Coaching en Therapie

Mijn missie

Ik wil mensen een bewustzijn van warmte, waarachtigheid, wijsheid en welzijn in zichzelf laten vinden, zodat ze leven wie ze ten diepste zijn en ze anderen hierin kunnen begeleiden. Zo maken we de wereld met elkaar een stukje mooier.

Zijnscoaching is de énige erkende post-hbo coaching opleiding met een integrale benadering van Westerse psychologie, Oosterse wijsheid en systemisch opstellen. Een magische combinatie!

Brochure coaching opleiding Zijnscoaching